Heel voorzichtig piepen er in de tuin een paar krokussen en narcissen uit de grond, een paar groene steeltjes, tussen de bruine blaadjes die nog van de afgelopen herfst liggen. De knoppen zijn nog verstopt en zullen over een paar weken hun gezicht laten zien, maar het idee dat die groene steeltjes weer boven de grond zijn durven komen, maakt me een klein beetje vrolijk. De pot vol (van de Albert Heyn) die voor het raam staat, is in volle bloei, en ze groeien nog steeds een beetje groter, met hun kopjes naar buiten kijkend, alsof ze de narcissen in de tuin aanmoedigen ook weer boven water te verschijnen.
Net even met Polly de groene steeltje bekeken, hoeveel het er al waren, welke al dapper genoeg zijn om het kille voorjaarsweer te trotseren. Gisteren sneeuwde het nog, lang met de deur open zitten is nog geen optie, maar die krokussen en narcissen zal het een zorg zijn. Over een paar weken zullen er gele en paarse puntjes in de tuin verschijnen, een paar maar, niet de zee van narcissen die ik in de parken in St. Leonards en Hastings vaak zag. Maar genoeg, voor een voorproefje van de lente.
Heel lang geleden, toen ik pas in Engeland woonde, als au-pair, ging de familie waar ik bij woonde op bezoek bij vrienden van ze. Zij woonden in een oud houten huisje, met een veranda en een rommelige tuin vol vijvers en bomen en klimhutten en god-weet-wat nog meer. Het zag er heerlijk uit daar, in de voorjaarszon, de kinderen speelden en klommen en giechelden en verzonnen allerlei spelletjes, terwijl de volwassenen wijn dronken in de woonkamer die uitkeek over die tuin. Ik zat daar ergens tussenin, werd uitgehoord door iedereen daar, en ik hoorde op mijn beurt hen weer uit. Na de maaltijd (een soort Scandinavisch feestmaal - de vrouw des huizes kwam uit Finland) werd besloten om een wandeling te maken door het bos wat net aan de andere kant van de weg was, voorbij een paadje wat tussen twee andere houten huizen lag. De zon scheen nog steeds, en zo tussen de bomen door gaf het een bijna sprookjesachtige sfeer. Ik deed mijn ogen de kost, liet de prachtige net-groene blaadjes en het licht van de zon opnemen in me, tot ik ineens een zee van blauw zag. Voor me, tussen de bomen op de vloer van het bos, was alles blauw. Bluebells!, zei een van de kinderen, die net zo verrukt leek als ik. Bluebells... Nog steeds is die kleur paarsig blauw de mooiste in de lente. Ik zag het een paar jaar geleden weer, tijdens een wandeling met vrienden, ook in Engeland, en voelde diezelfde verrukking, datzelfde sprongetje van mijn hart... The bluebells were back, so it must be spring...
Ik kan niet wachten tot het weer mei is...
No comments:
Post a Comment